Vrije wil

Het vermogen van rationeel handelende personen om controle uit te oefenen over eigen daden en beslissingen. Om antwoord te kunnen geven op de vraag of dit vermogen werkelijk bestaat, moet worden nagegaan wat het verband is tussen vrijheid en oorzakelijkheid en dient het al dan niet deterministische karakter van de natuurwetten onderzocht te worden.
Bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Vrije_wil (april 2019)

Laten we, om de vraag naar het bestaan van een vrije wil te beantwoorden, uitgaan van onderstaand gedragsmodel:

Eenvoudig gedragsmodel

Het diagram toont hoe het reële gebeuren (extern en intern) via louter fysiologische acties en acties die we bewust ervaren, ons gedrag bepalen. We noemen het een eenvoudig gedragsmodel omdat o.a. het denken meer dan één actie omvat.

  1. De acties boven de blauwe lijn volgen uit wat er initieel in de buitenwereld gebeurt: lichtgolven bereiken ons oog, geluidsgolven ons oor... . De acties onder de blauwe lijn volgen uit wat er initieel in het lichaam gebeurt, met achteraan de psychische acties ‘voelen, willen en denken’ die het gedrag bepalen.
  2. Zintuigen zijn organen die elk een afzonderlijke functienaam hebben, bv het orgaan oor heeft de functie gehoor. Maar de gezamenlijke organen hebben geen gezamenlijke functienaam, daarom gebruiken we ‘zintuigen’ als functienaam.
  3. Tussen waarnemen en ‘acties van behoeften’ is er een rechtstreekse snelle verbinding 3 (een eerste evolutionaire ontwikkeling). Deze kan tegelijk functioneren met de tragere verbinding 4, wat de ontdekking van William James verklaart (we beven voor we bevreesd zijn).
  4. De verbinding tussen waarnemen en ‘acties van behoeften’ via het denken is deze die de sociale zoogdieren en de mens normaal gebruiken. Ze sluit aan bij de bevinding dat als door hersenletsel de gevoelsfunctie niet meer functioneert ons redelijk gedrag wegvalt (ref. nog toevoegen).
  5. De cyclus ‘voelen – willen – denken – behoeften’ kan enkele malen doorlopen worden vooraleer te resulteren in gedrag.
  6. Het denken is geen ervaring maar gebeurt met medeweten van het organisme. In essentie bestaat denken uit de vorming van een oordeel over de situatie en de eventuele gevolgen van het gedrag. De afbeelding Gedragsmodel, essentie toont in detail hoe deze oordeelsvorming verloopt.

Volgens dit diagram wordt ons gedrag bepaald door wat we willen en wordt ons willen bepaald door wat we 'waarnemen, denken en voelen'. Vermits in een bepaalde situatie vastligt wat we waarnemen en vermits ons voelen autonoom wordt bepaald, hebben we enkel invloed op ons denken en we kunnen volgende twee soorten gedachten onderscheiden:
- gedachten die ons gevoel beïnvloeden zodat ons gedrag door onze gevoelens mee bepaald wordt (we kiezen bij voorkeur voor gedrag dat een goed gevoel geeft).
- gedachten die geen invloed hebben op ons gevoel, in welk geval we vrij zijn zijn om ons gedrag te kiezen.

Wij menen daarom dat we de vraag naar het bestaan van 'ons vermogen om controle uit te oefenen over eigen daden en beslissingen' positief kunnen beantwoorden, met als bemerking dat de interactie van onze gedachten met onze gevoelens dit vermogen flink inperkt.

Gekoppelde stellingen

Er zijn nog geen gekoppelde stellingen

Gekoppelde artikels

Er zijn nog geen gekoppelde artikels

Er is nog geen overleg

Plaats een reactie


* Velden verplicht
Registreer nu of meld u aan zodat u niet telkens uw voornaam, naam en email hoeft op te geven