Wil

De wil is het bewuste vermogen van de mens om van een gedachte of een geheel van gedachten, een plan, over te gaan naar een handeling om een toestand te bestendigen, te veranderen of te doen ingaan.
Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Wil_(begrip)
Van Dale (online 2019) definieert wil als: Het menselijk vermogen bewust te streven naar of over te gaan tot het verrichten van een handeling waarvan het resultaat gewenst wordt, dan wel naar het doen intreden of bestendigen van een toestand.

Onze definitie: Wij verkiezen de definitie van Wikipedia die duidelijker is dan deze van Van Dale. Deze definitie komt overeen met de betekenis van wil in het dagelijks taalgebruik.

Onderstaand diagram verduidelijkt dat de wil een deelfunctie is van het primair verstand met het willen als actie. De wil bezorgt de mens en de hogere diersoorten het vermogen om van een gedachte over te gaan naar een handeling.

Eenvoudig gedragsmodel

Het diagram toont hoe het reële gebeuren (extern en intern) via louter fysiologische acties en acties die we bewust ervaren, ons gedrag bepalen. We noemen het een eenvoudig gedragsmodel omdat o.a. het denken meer dan één actie omvat.

  1. De acties boven de blauwe lijn volgen uit wat er initieel in de buitenwereld gebeurt: lichtgolven bereiken ons oog, geluidsgolven ons oor... . De acties onder de blauwe lijn volgen uit wat er initieel in het lichaam gebeurt, met achteraan de psychische acties ‘voelen, willen en denken’ die het gedrag bepalen.
  2. Zintuigen zijn organen die elk een afzonderlijke functienaam hebben, bv het orgaan oor heeft de functie gehoor. Maar de gezamenlijke organen hebben geen gezamenlijke functienaam, daarom gebruiken we ‘zintuigen’ als functienaam.
  3. Tussen waarnemen en ‘acties van behoeften’ is er een rechtstreekse snelle verbinding 3 (een eerste evolutionaire ontwikkeling). Deze kan tegelijk functioneren met de tragere verbinding 4, wat de ontdekking van William James verklaart (we beven voor we bevreesd zijn).
  4. De verbinding tussen waarnemen en ‘acties van behoeften’ via het denken is deze die de sociale zoogdieren en de mens normaal gebruiken. Ze sluit aan bij de bevinding dat als door hersenletsel de gevoelsfunctie niet meer functioneert ons redelijk gedrag wegvalt (ref. nog toevoegen).
  5. De cyclus ‘voelen – willen – denken – behoeften’ kan enkele malen doorlopen worden vooraleer te resulteren in gedrag.
  6. Het denken is geen ervaring maar gebeurt met medeweten van het organisme. In essentie bestaat denken uit de vorming van een oordeel over de situatie en de eventuele gevolgen van het gedrag. De afbeelding Gedragsmodel, essentie toont in detail hoe deze oordeelsvorming verloopt.

Dit diagram toont ook het onderscheid tussen de louter fysiologische levenswil en de wil als deelfunctie van het primair verstand met het willen als actie.

Filosofen maken dit onderscheid niet en gebruiken het begrip wil in de betekenis die wij aan levenswil toekennen. Denk aan John Lockes ‘primaat van de wil’, A. Schopenhauers ‘wil tot leven’ en F. Nietzsches ‘wil tot macht’. De acties van deze wil kunnen niet als dusdanig worden ervaren maar enkel via acties van andere functies, die er het gevolg van zijn.

Gekoppelde stellingen

Er zijn nog geen gekoppelde stellingen

Gekoppelde artikels

Er zijn nog geen gekoppelde artikels

Er is nog geen overleg

Plaats een reactie


* Velden verplicht
Registreer nu of meld u aan zodat u niet telkens uw voornaam, naam en email hoeft op te geven