Verstand


  • Beschrijvende en verklarende oordelen

    Beschrijvende en verklarende oordelen.gif
    1. Een oordeel (of propositie) is steeds terug te brengen tot een uitspraak over een object of een relatie tussen objecten. Over een kat (object) kunnen we oordelen dat ze zwart, doof of een dier is. Over de som 7+5 (relatie) kunnen we oordelen dat ze gelijk is aan 12. Als aan de voorwaarde ‘als A>B en B>C’ voldaan is, kunnen we oordelen dat dan A>C. 
    2. Een synthetisch oordeel breidt de bestaande kennis verder uit.
    3. Een beschrijvend oordeel kan enkel de kennis over de werkelijkheid uitbreiden.
    4. Een analytisch oordeel is louter verklarend, het geeft meer uitleg over reeds bestaande kennis.
  • Oordelen zijn uitspraken over objecten

    Oordelen zijn uitspraken over objecten.gif
    1. (De in deze kolom gebruikte benamingen zijn afkomstig van E. Kant)
      Onderverdeling naar inhoud: analytisch = kennis ligt besloten in het object
              synthetisch = uitbreiding van bestaande kennis
      Onderverdeling naar bron: a priori = verstand als bron
              a posteriori = de natuur als bron
    2. Terwijl een beschrijvend oordeel een uitspraak is over hoe de natuur (of de werkelijkheid) aan ons verschijnt, is een verklarend oordeel een uitspraak over al wat we niet kunnen waarnemen. Dit is ofwel een uitspraak over de oorzaak van natuurverschijnselen, ofwel een uitspraak over abstracte objecten zoals in de wiskunde en logica.
    3. Een analytisch oordeel is altijd a priori. Immers als de uitspraak over een object reeds besloten ligt in de bestaande kennis erover, moeten we geen beroep doen op de ervaring om tot zo’n uitspraak te komen. Bv:
      - De soort ‘kat’ behoort tot het hogere genus ‘dier’ zodat de uitspraak ‘is een dier’ reeds besloten ligt in het object kat.
      - In de reeks van getallen volgt 7 op 5 zodat de uitspraak ‘> 5’ reeds besloten ligt in het object 7.
    4. Een beschrijvend oordeel is altijd synthetisch (uitbreidend) en a posteriori. Bv het oordeel ‘deze kat is zwart’ kan niet uit het begrip kat worden afgeleid, maar kan slechts door waarneming worden vastgesteld.
      Referentie: http://nl.wikipedia.org/wiki/Analytisch_oordeel enkele voorbeelden zijn hieruit overgenomen
  • Primair en gewoon verstand

    Primair en gewoon verstand.gif
    1. Alle diersoorten met hersenen beschikken over een primair verstand, waarmee zij hun verlangens en omgeving leren kennen, twee noodzakelijke ervaringen om hun primaire behoeften te kunnen vervullen.
    2. De blauwe achtergrondkleur, die op een bewuste ervaring wijst, geldt enkel voor hogere zoogdieren en de mens.
    3. Het (gewoon) verstand maakt gebruik van opgeslagen kennis bv om oordelen te vormen. Over dit verstand beschikken, betekent niet dat de denkacties bewust worden ervaren. Ook hier geldt dat enkel de hogere zoogdieren en de mens bewuste ervaringen kunnen beleven.
    4. Denkacties van het rationeel deel van ons verstand zijn bv herinneringen oproepen, deze van het emotioneel deel zijn bv het interpreteren van gevoelens als aangenaam of onaangenaam.
    5. Kennis verwerven we door het vormen van oordelen. Zie het begrip oordelen voor meer info.
  • Soorten kennis

    Soorten kennis.gif
  • Soorten kennisverwerving cf Kant

    Soorten kennisverwerving cf Kant.gif
    1. We maken onderscheid tussen kennis die algemeen geldig is voor zowel fictieve als reële objecten en kennis waarvan de geldigheid beperkt blijft tot de werkelijkheid, namelijk tot alles waarvan we weten dat het werkelijk bestaat.
    2. De werkelijkheid omvat enerzijds de fysieke of natuurlijke wereld en anderzijds de metafysische of bovennatuurlijke wereld, voor zover het bovennatuurlijke bestaat. Uit de evolutieleer volgt dat ons kenvermogen ontwikkeld is via de ervaringen van onze voorgangers, zodat onze kennis nooit verder kan reiken dan de natuurlijke wereld, waarin we ons tijdens ons leven bevinden.
    3. Kennis verwerven we door het vormen van oordelen. Kant verdeelde de soorten oordelen onder naar hun vorm (°) en inhoud. Naargelang hun vorm onderscheidde hij: a priori (verstand als bron) en a posteriori oordelen (natuur als bron), en naargelang hun inhoud: analytische (louter verklarend) en synthetische oordelen (verklarend en uitbreidend).
      (°) Vermits de term vorm niet duidelijk maakt dat het over de herkomst van de oordelen gaat, verkiezen wij de term kennisbron.
    4. Kant stelde dat we de werkelijkheid niet kunnen leren kennen zoals ze is (das Ding an sich) maar enkel zoals ze aan ons verschijnt. Wat betekent dat we enkel in de wiskunde exacte synthetische kennis kunnen verwerven.